De Spaanse wijnmaker Raúl Pérez kan terugblikken op een zeer succesvol 2023. Zijn vino tinto van (vooral) Mencíadruiven uit La Muria, een op ruim 1000 meter hoogte gelegen perceel in de Noordwestelijke regio El Bierzo, werd bekroond met maar liefst 100 Parkerpunten. Verder riep het gerenommeerde Perswijn Pérez uit tot producent van het jaar. (SDV)

El Bierzo is één van Spanje’s meest veelbelovende wijnstreken en vormt een overgangsgebied tussen de zware jongens uit het Duerogebied en de lichtere vinos uit Galicië. Veel wijngaarden liggen in een beschutte vallei op 450 tot 950 meter hoogte. In de hogere zone’s bestaat de bodem uit leisteen, graniet en zand, in de lagere gedeelten vooral uit klei.

Het klimaat kent Atlantische invloeden (700 mm neerslag), maar meer zonuren dan bij de Galicische buren én de nodige warmte-input van de Castiliaanse hoogvlakte. Door diverse bergketens hebben de 3500 ha wijnranken weinig last van extreme weersomstandigheden. 

Pérez’ perceel La Muria ligt nabij de wijngaarden van Descendientes de J. Palacios, maker van de heerlijke, maar peperdure La Faraona. Dat Raúls wijnen vaak niet voor 100% uit Mencía bestaan, verklaarde hij ons als volgt: ‘El Bierzo staat bekend om deze variëteit, maar je hebt hier weinig monocépages. Men plant Mencía traditioneel met andere druiven aan, zoals Merenzao, Garnacha Tintorera, Godello en Doña Blanca. Vrijwel alle rode wijnen bevatten daarom meerdere variëteiten, alleen in percelen met nieuwe stokken tref je 100% Mencía.’

Pérez’ hoofdkwartier bevindt zich aan de westkant van de Bierzovallei, in Valtuille de Abajo. Hij noemde het domein Saint-Jacques, omdat hier de Franse Jakobsweg naar Santiago de Compostela loopt. ‘Eerst dacht ik aan “Chemin de Saint-Jacques”, maar dat klinkt in het Spaans vreselijk – “Tsjemien” – en dus heb ik dat woord geschrapt.’

Eén van de wijnen waarmee Raúl El Bierzo op de mondiale wijnkaart zette, is de rode Ultreia. Ook hier een verwijzing naar de Jakobsweg: Ultreia was de standaardgroet onder pelgrims en betekent zoveel als “Zet door!” of “Vooruit!”, waarop men doorgaans antwoordde met Et suseia (“En hogerop!”), verwijzend naar de steile trajecten die hun nog te wachten stonden.

Pérez is blij met de groeiende belangstelling voor Mencía: ‘Het is een complexe druif die veel aandacht vergt, maar ik ga voor minimale interventie en maximale controle. Om die reden gebruik ik louter eiken vaten van minstens zes jaar oud en rijpt de wijn nooit langer dan twaalf maanden, anders maakt het hout te veel kapot.’

‘Men vergelijkt Mencía wel met Pinot Noir, maar dat is niet terecht, hoewel hij wel van die druif afstamt. Het waren immers cisterciënzer monniken die hem hier in de middeleeuwen aanplantten. Een jonge Mencía heeft meer weg van een Hermitagewijn. Is hij zes, zeven jaar oud, dan vertoont hij Bourgognetrekjes en na een jaar of tien doet hij eerder denken aan een Nebbiolo uit Noord-Italië.’

‘De trend van lichtere, fruitige wijnen speelt een rol in de toegenomen Mencíapopulariteit, al denk ik wel dat het een cyclus betreft. Tien jaar geleden wilde bijna iedereen standaard een lekker sausje bij de biefstuk of de vis, nu houdt men het graag zo sec mogelijk. Met rode wijn is iets soortgelijks het geval. Vroeger ging men vaak voor stevige houtinvloeden, tegenwoordig probeert men meer Bourgogne-achtige wijnen te produceren, maar als ik een wijn uit bijvoorbeeld Jumilla proef, wil ik dat die vino díe streek weergeeft en níet een soort modieuze rosé drinken. Overigens kun je met Mencía alle kanten op en geeft hij een relatief laag alcoholpercentage, ondanks de toegenomen hitte.’

De familie Pérez is al sinds 1752 met wijn actief. Dat weet Raúl dankzij een testament uit dat jaar van een voorouder. Daaruit blijkt dat de man vinos verkocht en zijn eigen begrafenis had geregeld: iedereen was welkom en zou volop wijn krijgen met cortezas de pan. ‘Een mysterie,’ lacht Pérez. ‘Niet gewoon brood, maar broodkórsten! Blijkbaar waren die toen erg in trek.’

Naast El Bierzo is Pérez ook in andere streken en landen actief. Zo maakt hij wijn in Galicië, op Lanzarote, in Portugal en Zuid-Afrika. Maar zijn hart heeft hij aan El Bierzo verpand en dan met name aan Valtuille de Abajo: ‘Dit is op z’n zachtst gezegd een bijzonder dorp. Er wonen maar 50 mensen, maar je hebt hier wél 18 bodega’s!’

Over zijn wijnfilosofie is hij kort: ‘Het gaat mij om het globale plaatje. Alle wijnen moeten na een jaar op dronk zijn. Natuurlijk probeer ik uit elk perceel het beste te halen, maar ik ga voor vinos die je zonder nadenken en met plezier kunt drinken. Het maken van “intellectuele” wijn laat ik aan anderen over.’

Tekst Sander de Vaan wijnwijnwijn.be/sander-de-vaan